Regelmatig vliegt er een koolmeesje bij ons naar binnen. Dat kan, want bij mooi weer staan de tuindeuren wijd open. Voor vogels leent deze periode van het jaar zich bij uitstek voor het verleggen van grenzen. Ze moeten scoren, nestjes bouwen en vervolgens hun zorgtaken zo goed mogelijk uitvoeren. Allemaal gericht op instandhouding van het eigen soort, voortplanting dus. Daarvoor moeten ze tactische beslissingen en flinke risico’s nemen. Bevindt het nest zich wel op een veilige plek? Is er voldoende eten in de omgeving te vinden? Want als het kleine grut eenmaal uit het ei gekropen is, moeten ze de godganse dag heen en weer vliegen om het gekwetter te sussen. (Nee, zoveel verschillen zijn er niet tussen pasgeboren vogeltjes en baby’s ????).
Sommige vogels bouwen een tweede nestje, als de eerste lichting eenmaal haar eerste vliegles met succes heeft afgerond. Dat koolmeesje dat bij ons de kamer in piept waarschijnlijk ook. Zijn doel is namelijk het jatten van een pluk haar van de hond. Die krabt zich een ongeluk met dit zweetweer en verliest zo haar laatste restje wintervacht. Bruikbaar spul voor een lekker zacht, comfortabel nestje. Gewoon een soort recycling dus.
Om dat plukje haar te bemachtigen moet ons koolmeesje dus wel eerst risico’s nemen. Want ook al is ie brutaal, onze woonkamer is vrij regelmatig bemenst. En behond dus ????. Het verlangen van het koolmeesje naar die plukjes haar is kennelijk groot genoeg om zijn angst opzij te zetten en er gewoon voor te gáán. Dat zal ie ongetwijfeld op meer plekken doen, want met haar alleen komt ie d’r niet. En anders bereikt ie z’n doel ook niet: dat comfortabele nestje voor de volgende lichting nageslacht.
Nou zijn koolmeesjes natuurlijk een stuk primitiever dan mensen. Ze staan veel dichter bij de natuur. Ik kan er wel eens jaloers op zijn, eerlijk gezegd. Lijkt me heerlijk – niet gehinderd worden door gedachten die je in je doen en laten beperken, maar puur instinctief kunnen handelen. En angst als een zuivere raadgever gebruiken, die je waarschuwt voor gevaar. Omdat je dicht bij de natuur staat en je instinct volgt, neem je die raadgever automatisch ook serieus. Nou ja, een koolmeesje weet natuurlijk ook niet beter hè. Maar hoe dan ook: angst heeft simpelweg een functie en is dus ook nuttig.
Hoe anders is dat bij ons mensen. En was het maar zo simpel… Oké, als die leeuw ineens voor je neus staat, reageer je ook heus wel instinctief. Gelukkig maar ????. Maar als je heel vaak angst ervaart zonder een duidelijk verband met een daadwerkelijke dreiging, dan is dat verrekte lastig. En dat is natuurlijk een understatement. Beter gezegd: angst kan je leven vergallen. Angst is echt afschuwelijk. En de niet begrijpende reacties van mensen om je heen maken het alleen maar erger. Bovendien zijn zij niet de enigen die het niet snappen. Want zelf snap je het eigenlijk ook niet. Je ervaart die angst, lijdt eronder. Hij maakt deel uit van je leven en tegelijkertijd vecht je ertegen. Doet van alles om die angst te onderdrukken, ermee te dealen, niet te hoeven voelen. Maar echt snappen… nee. Waarom jij wel en anderen niet?
Ik heb dit ook allemaal doorgemaakt, heb diezelfde vragen gehad. Helaas kon ik maar weinig met de antwoorden van ‘behandelaren’, psychotherapeuten enzo. En met hun “behandelingen” kon ik al helemaal niets. Ja, voor even misschien. Maar na verloop van tijd kwamen toch weer die oude, bekende emoties de kop opsteken. En was ik weer terug bij af ☹.
Precies om die reden heb ik de BEZIELING-methode ontwikkeld. Daar heb ik jaren coach- en begeleidingservaring, mijn persoonlijke ervaringen én natuurlijk die van honderden anderen met wie ik heb mogen samenwerken, ingestopt.